Aids in de geschiedenis

Aids is aan het einde van de negentiende eeuw ontstaan in Afrika.

In de twintigste eeuw leek het westen onbekende ziektes te hebben overwonnen. Maar eind jaren '70 kwam daar verandering in met de ontdekking van aids. De toen nog onbekende ziekte stak de kop op in Amerika en sloeg van daaruit over naar Europa. Begin jaren tachtig wisten de verontruste artsen zich geen enkele raad met deze nieuwe, mysterieuze aandoening.

Aids in België

In 1982 stierf de eerste Belg aan Aids. De artsen zaten aanvankelijk met de handen in het haar en wisten niet waar de man aan leed. Maar langzaam aan begonnen ze de oorzaak van zijn ziekte te vermoeden toen ze erachter kwamen dat hij homoseksueel was en seksueel contact had gehad in de Verenigde Staten. Alles wees erop dat de verschijnselen kwamen door de mysterieuze 'homoziekte' die in de Verenigde Staten al meer dan een jaar een probleem vormde. De ziekte werd bestempeld als een homoziekte, omdat de meeste patiënten zowel man als homoseksueel waren. Een paar jaar later bleek de ziekte bij iedereen aan te slaan. De naam veranderde naar: Acquired Immuno-Deficiency Syndrome (aids) en er werd veelvuldig onderzoek naar de ziekte gedaan, waardoor uiteindelijk bleek dat de ziekte al eind 19e eeuw voorkwam.

Oorsprong van aids

Jaap Goudsmit, een Nederlandse onderzoeker die betrokken was bij onderzoek naar de ziekte, was van mening dat de ziekte al tientallen jaren eerder dan gedacht in Europa voorkwam. De eerste epidemie brak volgens hem in 1939 uit in de Poolse stad Gdansk. Waarschijnlijk was het virus meegenomen door Duitse soldaten die in Kameroen waren geweest. Een tweede epidemie brak volgens Goudsmit uit tussen 1955 en 1958 in Heerlen. In 2008 bleek bovendien uit onderzoek in het wetenschappelijke blad 'Nature' dat het virus nog veel ouder is en al een eeuw onder de mensheid verspreid is. De ontstaansperiode zou liggen tussen 1884 en 1924, de periode dat er steden in Afrika ontstonden en de kolonisatie vanuit Europa opkwam. Het HIV virus kwam oorspronkelijk voor bij apen, die het virus met zich meedroegen. Waarschijnlijk werd het virus via de jacht op apen, het kappen van het Afrikaanse regenwoud en de kolonisatie overgebracht van aap op mens.